zaterdag

All the S(h)ame

De winkel is nog open, mijn brood is op, dus ik ga nog even gauw...
Daar staat ie weer, m'n straatkrantvriend, koud en bibberig, en een lege blik in z'n ogen.
Ik zeg hem vriendelijk gedag en krijg de mooiste glimlach van vandaag.
Voor hem ben ik een "mevrouw"
Voor mij zijn we gelijk.
De winkel laat weinig te wensen over qua brood, maar ach, we hebben altijd nog de afbakbroodjes, daarbij, wij hebben eten.
En dan zie ik hem....
Het ettertje van school.
De schrik van iedere leraar.
Het jongetje waar alle jongetjes tegen op keken.
Ze wilden allemaal een Aussie aan, een Cavello, en de mooiste Nike-Air, alleen, hij had het.
Hij stond aan het hoofd van alle onzekere troebele jongetjes die hun identiteit zochten.
Een jongen waar de anderen een gevulde koek voor kochten in de kantine.
'T was een nietsnut, maar hij had papà.
En papà was succesvol.
En rijk.
Dus waarom wat aan je school doen.
Papà zorgt dat alles goed komt.
 Hij snoof, blowde, deed niks aan school en zat met grote regelmaat vast.

En ineens stond ie daar.. In de winkel.
Z'n overdadige merkkleding was van een afstand te zien.
Als een super HBO-er met een té verwende kuif, maar in werkelijkheid is hij niets.
Hij is goed terechtgekomen. Want " papà" deed 't goed.
Ik stond bij de kassa, en keek naar buiten, zag het bleke gezicht van de straatkrantverkoper, keek naar links de winkel in, en zag het etterbakje, nog eens door z'n weelderige krullen strijken.
Het contrast was groot, en eigenlijk ook niet.
Ik loop naar buiten, en geef de verkoper een euro, het ettertje komt vlak achter me aan, en ik hoor de verkoper zeggen "meneer, wilt u een straatkrantje kopen?'
Waarop etterbakje zegt: "Pfff echt niet, zoek een baan joh, gek"
Dat is een typisch "schop" moment.
Zonder Pappàà, hadden ze er samen kunnen staan, of zou hij in een rehab zitten, of in de lik.
Maar nee. Hij doet het goed. Hij is succesvol.
Een flapdrol zonder opvoeding, zonder fatsoen, en zonder geweten.
Een kind gecreeerd door succes.
Wat een contrast.
En toch ook weer niet.

vrijdag

Rammelende eierstokken

 

29 en ja hoor...het dilemma: Wil ik kinderen krijgen.
Zo denk je eerst, pas als je echt wil ga je denken, kan ik ze krijgen? maar terug naar het punt, wil ik ze?
Ik weet het niet, zo af en toen heb ik van die dagen, dan vind ik zwangere vrouwen zo mooi, dan denk ik, ikke oookkk...
Kan dan alle kleine kinderen mooi vinden.
Met een bepaalde weemoed in m'n lijf ga ik naar m'n werk, denkend aan zo'n kleintje, mijn oogjes, zijn lippen, mijn krullen, zijn kleurtje, ach, zolang het niet mijn kont heeft, fantastisch toch, een mini mensje, 1 die z'n armpjes om je heen slaat, en zegt, mama, ik vind jou zoooo lief, en dan kruipt het kleintje van mijn schoot op die van papa, en zegt dan op z'n deens dat ie papa ook heel lief vind, hoe dat klinkt weet ik niet precies, iets van "far, jeg synes at du er så sød" (Lang leve Google Translator)
Papa kijkt mij nog even verliefd aan als de eerste dag, vind m'n uitgelubberde buik fantastisch, want daar is ons liefdes zegeltje uitgekomen.
Op mijn werk fantaseer ik stiekem over een kleintje, dan zegt m'n collega "Zo, heb je trek of zo? Ik kan je buik hier horen rammelen"
"He? Ow...nee, dat zijn m'n eierstokken"Zeg ik, en ga door met m'n werk.
Met een paar verschrikte ogen kijkt hij me aan. "Je wat?"
"Ow niks joh, vrouwending"
Hij loopt weg en ik zie hem nee schudden.
Dat is het Venus ding, hoeft Mars ook niet te begrijpen.

Na het werk fiets ik naar huis, nog even gauw boodschappen doen, voor het warm eten, wat ik klaar maak. Voor mij. En alleen voor mij.
Niks geen kleintje aan tafel, niks geen Deen tegenover me die het eten opschept. Gewoon eten voor 1.

Daar loopt een moeder, met een kind, wat een plaatje, het kind kijkt me aan met een paar lieve onschuldige ogen en een fris zacht roze huidje, ik smelt helemaal weg, wat een dropje, wat zal moeders trots zijn op dit mooiste wezentje wat ooit in haar leven is gekomen.
Dan zegt het kindje, "mama ik wil een ijsje"
Waarop mama zegt "Nee lieverd, we moeten nog eten, je krijgt geen ijsje"

Als een volleerde brul aap zegt het meisje: "Mamaaaahaaahaaa ik wil een ijhij-sjuhhhhh"
"NEE", zegt moeders, enigzins schamend kijkt ze om zich heen.
Dit is het startschot voor ons liefje om ongeneerd te gillen. Als een kreeft die het kokende water in gaat.

Wat gehaast begeeft ze zich naar de kassa, de helft niet in de kar. Bloemkool zonder sausje en vast vlees zonder kruiden, als ze maar weg kan met dit keukenmeisje.
Ik denk aan de moeder, en ineens zie ik voor me hoe het liefje misschien ook wel kan zijn.
Sóchtends een drama met haar kammen, s'middags uit school halen, dan nog 3 vriendinnetjes van het liefje mee naar huis, ze vebouwen de hele toko, willen tekenen, knutselen, in de zandbak, verstoppertje spelen, sávonds is er geen hap warm eten in te krijgen en het naar bed brengen is steevast een arrangement straight from hell.
Nadat het kind op bed ligt gaat moeders douchen, trekt haar huispak aan, kruipt op de bank, en zegt tegen haar man," Lieverd, weet je zeker dat alles gepakt is voor de vakantie?"
Hij knikt ja en kijkt verder naar de tv.
3 weken gaan ze. naar de kindvriendelijke camping in Dwingeloo. Met op zaterdag kinder animatie.
Er is een zandbak, en een huifkar, kunnen 10 kinderen in, en een speelveldje.
Niks geen Griekenland, niks geen cocktails met je lief op een verlaten strandje waar je de dag afsluit met een zalige "Zwemles" (voor de kids die deze blog lezen)
Nee, koken op je kookstelletje, met je wc rol naar de doucheruimtes, en aan het einde van de dag compleet gesloopt zijn. Wat een vreugde.

En ineens wordt het stil, m'n eierstokken houden zich angstvallig stil, ik hoor niets meer. ik koop een stronkje Witlof (met sausje) een pakje hoh gehakt (met kruiden) in de rij besef ik me dat ik er nog niet klaar voor ben, en misschien wel nooit klaar voor ben. Ik zie nog teveel negatieve kanten, ik kan ze ook meenemen op vakantie naar Griekenland, voer ik ze gewoon een cocktail en ga ik vervolgens met de babyfoon naar de kroeg....Nee, da's ook geen optie.
Ach, komt tijd komt raad.
Eerst maar es eten koken, die ik zelf opschep, en alleen op eet, en als toetje neem ik....ach, ik neem gewoon een lekker ijhij-sjuuu.

donderdag

Het masker van Amsterdam Oud-Zuid (tijdens WK geschreven)

Ik sta in Amsterdam. in Oud Zuid. De buurt van de bakfietsen en mooie mama's.
En goedverdienende papa's.
Ik zie de ene celeb na de andere voorbij borrelen, maar wel met een mooie bakfiets.
Niet 1 die schoonpapa in elkaar heeft getimmerd(want die zou dat noooit zelf doen) en da's ook echt note-done-en-ook-niet-hip.
Nee, je hebt een bakfiets van de fietsfabriek of bakfiets.nl.
En op je bakfiets heb je een leuk Pools au-pairtje zitten, die je ideale supermooie kids met GAP kleding naar een perfect schooltje brengen met perfecte leerkrachten die zelf ook een bakfiets hebben, al is het maar voor de "heb", een bakfiets MOET je hebben. Heb je die niet, dan koop je een Vespa, of een Vespa wannabe, als ie maar een plastic scherm op het stuur heeft waar wij als kleuter vroeger voor op ons zitje jaloers van werden.
En ben je echt van de authentieke oud zuid tak. Dan gaan je kids geuniformeerd naar een priveschooltje. Waarschijnlijk met leerkrachten die een eigen chauffeur hebben. Wel van Poolse afkomst. Ons blieft zuunig. Dat dan wel weer. Vandaar ook die Vespa-wannabe.
Ik zit op een bankje, onder appartementen. Voor beginnende oud-zuiders.
Studieschuld rijke jonge juristen.
Ik zie een jonge papa van 2 hoog naar beneden lopen met een vuilniszak. En een mini oud-zuid bewonertje.
Jongetje van een jaar of 3. maar een kleine versie van papa. Net net als papa een kapsel waar mijn moeder al 10 keer de schaar in zou hebben gezet.
Beiden een veel te lange pony. Maar papa kan geen afstand doen van z'n studentikosi coupe. Zit nog tussen 2 fases van afgestudeerde jurist (of iets like that) in studentikosi-tijd, en een echte papa, met verantwoordelijkheden, beseffende dat ie dit appartement nog hooguit als 'ok' kan verkopen tegenover z'n juppie-friends, daarna moet ie toch echt met wat beters komen.
Nu is het nog super om een een opgeleukt lessenaartje van het Waterlooplein in je "living' te hebben, maar die moet toch echt uiteindelijke vervangen worden door een leuk dressoir die is ontworpen door een ontwerper die zijn stijl heeft ontwikkeld naar mode-maatstaven, niet naar eigen creativiteit.
En het kind, tja, het mannetje is gewoon hip met een veel te lange pony, hoe briljant is het als je jonge 'Sem" of zoiets, iedere minuut een keer met z'n nog onderontwikkelde nekje schud om z'n pony weer in hippe graad te krijgen.

En dan hoor ik papa z'n telefoon overgaan. Hij neemt op, en zegt tegen z'n 'vrind": "Hey...ja..nee, okeeeee...okeee....okeee... nee maar we komen met 2 uurtjes wel naar het terras, ff wachten tot de oppas er is, joe-joe, tot laterrr, Byeeeee"...
Dan zegt ie tegen mama, waarschijnlijk heet ze Fleur, : 'kom, ik heb gezegd dat de oppas er nog niet is...."
Ze giechelt, pakt haar tasje, en loopt naer haar bakfiets,
heeft een wite perfect zittende knielange broek aan, daaronder zitten kuitjes waar nog nooit een gespat adertje een plekje heeft gezocht, met een fantastische teint, op de witte broek zit een indiana-jones achtige makkelijk maar stijlvol vallend doekje om haar kittige lijfje waar alleen nog een klein prosecco cq zwangerschap-achtig vetribbeltje zit.
Dan komt hij met 2 t-shirts. Oranje, "trek ff aan joh, Da's-lachuh..."
Ze trekt t shirt aan, waar dan wel op staat: "Jup-Holland-Jup"Dat dan wel weer.

Papa stapt in de bakfiets, mama fietst.
"Op naar t Museum" (plein)
waarop ze zegt, "lekker he, ff met z'n tweetjes"
Ze zwaaien nog even naar boven, waar een niet Nederlands oppasje voor t raam staat met de te-lange-pony-Sem achtige.
Z'n voeten hangen buiten de bakfiets. Bruine suede schoenen heeft ie aan. En een Woody Allen bril.
Even naar het Museumplein.
Even biertjes drinken en zichzelf zijn.
Even mee blehren op Hazes.
Om daarna alsnog naar het decadente terras te gaan, en prosecco'tjes drinken. Hij dan een witbiertje uiteraard.
Dan moet z'n Jup-Holland-Jup shirt weer uit.
Het helderblauwe overhemd komt dan weer tevoorschijn. Met bijpassend donkerblauwe pantalon.
Met z'n bruine suede schoenen, en bijpassende bruine riem. En Woody Allen bril.
Zij propt haar teenslippers in haar tas om een paar prachtige moccasin-tjes aan te trekken. Met zilveren gespje.
Maar eerst nog even niet.
Eerst even mens zijn, even het masker af. Wat heerlijk, ze genieten er extra van, want voordat ze het weten moeten ze weer in hun rol. De perfecte rol die Oud Zuid heet.

Platzwolse bourgondiers (Juli 2010)

Gister even boodschappen gedaan. Ik let op de kleintjes dus ik ga door de hurken, de kleintjes liggen op de onderste rij.
Tot er ineens een heeele grote joggingbroek naast me staat, met heeeel veel cellulitis erin. Maar dan ook echt heel veel. Mijn hoofd volgt met gepaste traagheid de weg naar boven, en zie de joggingbroek als een grote plooi samenkomen in een stel grote cellulitis billen.
"Enk! Moej nog agelslag ebb'm? Enk!"
Enk, oftewel Henk, komt eraan. Hij weegt net zoveel als haar rechterbil, en draagt een jasje met een logo van een vrachtwagenmerk. Zijn bovengebit heeft duidelijk al jaren niet meer achter z'n niet fraaie bovenlipje gelogeerd.
"we ebb'm tog ook nog sjukkelaadepasta"
"Ja nou, de kinders koomm tog ook nog, die vreet'n me de kast'n leeg tog, vooral Enkie junjor vreet as n dikke turfgraaaafur."
"Ja neem mee dan!"Zegt Enk.
"Moet''n we ook nog eff'm slagroomtaat meeneem'm, en biefstukk'n,"zeg ze.
"Ja en kaas, eiers, roomboter"zegt Enk.
"En sjokomelluk, slagroom, en melluk"
"wat gaat me dat kost'n dan? Zegt Enk
"Wat kan mij dat nou skeel'n. K moet toch vreet'n ebb'm of niet dan, kan moeilijk verhongern, dan was ik wel in Afrika gaan woon'n."
"Ja maar we moet'n ook nog bier en shag hebb'm jonge, snap dat dan!" Zegt Enk
"Pak maar gewoon die blauw met gele alve liters en we ebb'm nog 2 buss'n shag staan"
"Ja maar dan kan'k vrijdag weer naar de winkel toekaggeln" zegt Enk.
"Nou aal maar de goedkoopste, ik heb nog wel filterulz'n van de Aldi"
"ebb'm we nog wel gnoeg babekjoesaus dan?"zegt Enk.
"Ja maar pak maar wat saus'n, we ebb'm thuis nog n emmer joppiesaus"
Ik aanschouw deze mensen.
Geen calorietellers, en dat hoeft ook niet.
Lekkere eters zulen we maar zeggen. Ooit getrouwd, kids gekregen, en nu gaan ze door t leven samen. Ik zie voor me dat ze in een huisje met gemetselde binnenmuren wonen en een salontafel met stenen bruine plavuizen erin. Hun huis hangt nog steeds vol met oranje en tussen de vlaggetjes door schuilt een foto aan de muur van Frans Duijts.
Op de tafel staan 4 volle asbakken en er staat een sigarettemaak-apparaatje en filterhulsen.
En een doos suikerklonten en een melkpoederpus.

Op de vloer ligt vloerbedekking die duidelijke looplijnen vertonen. En ze hebben vergeelde lamellen die standaard scheefhangen omdat ze blijven haken achter de verstofte vetplant die er al jaren staat op de witgemetselde vensterbank.
Hun bed is dit jaar nog niet verschoond en het beddegoed is verwassen en de kussenhoezen zijn stuk voor stuk anders dan het dekbedovertrek.
Ze hebben een voorraadkast die propvol zit met eten uit blik, snoepgoed, en van alles heel veel.
In de tuin staat het bomvol met speelgoed, voor de kleinkinderen. Op de kop getikt voor weinig.
En ze hebben vogels. In een bruine kooi met gele onderbak. Ook gele vogels.
Huishouden doen ze niet, na een tijdje zie je d'r niks van.
De piratenzender schalmt uit de radio. Wel een vrij moderne. En ze hebben een flatscreen. Dat ook.

Dan verlaten Enk en z'n vrouw de winkel.
Er staat een vrouw van een jaar of 65 haar brommertje aan te trappen, dit lukt niet, waarop Enk zegt: "moet ik eff'm elp'm mvrouw?"
Wat onwennig staat ze d'r brommer af, Enk trapt een paar keer flink op de kickstarter, en ja hoor, de brommer loopt.
"dr is echt geen brommur
die Enkie niet aan de praat krijgt!"
Z'n glimlach zonder tanden maar stralende oogjes die verpakt zijn in een huidje waar de bier en shag hun werk hebben gedaan, is onvergetelijk.
Misschien veroordeel ik ze wel te vroeg. Zijn ze juist hardstikke netjes in huis. Passen ze vol liefde op de kleinkinderen, maar zijn t gewoon niet van die Sonja Bakker fans.

Ik zou ik bij hun weleens op de instantkoffie willen, vragen hoe ze elkaar hebben leren kennen, foto's van vroeger bekijken. Ik weet zeker dat ik n iks tekort kom en altijd een beroep op ze zou kunnen doen. Zo zijn ze.
T zijn gewoon mensen. Fijne platzwolse Bourgondiërs.

Love&Marriedge

Jaren terug zag ik ze voor het eerst.
Een stel in een kroegje, achterin, man was niet mooi om te zien, maar de vreselijk mooie vrouw die naast hem zat keek zo verliefd, dat deze man voor haar de mooiste moest zijn.
Het straalde er wel vanaf dat zij elkaars minnaars waren, 2 mensen van middelbare leeftijd die al 30 jaar getrouwd zijn, zie je zelden half op elkaars schoot in een kroeg zitten, en zo verliefd kijken dat de spetters er vanaf spatten.

Vorige week was ik op de markt, ik ging even koffie drinken in de Harmonie.
Wie kwam er binnen? De man. De minnaar. De buiten-de-pot-pisser. De outhousehapper. De man.
Met een vrouw. Zijn vrouw. De moeder van zijn kinderen. En zijn kleinkinderen.
De vrouw die vast zijn eten kookt en zijn blousen strijkt die zijn minnares vervolgens weer argeloos van zijn lijf rukt.
De vrouw die zijn sokken stopt. Die er voor zorgt dat alles loopt, draait... maar passie? Wat is dat, dat kennen ze al jaren niet meer.
Ze zijn samen opvoeders, ouders, grootouders, huisdelers, maar man en vrouw? Nee, dat is al heel lang niet meer.
Ze gaan zitten aan het tafeltje voor het raam, en kijken de menu kaart in.
Dan wordt de bestelling opgenomen, 2 kopjes koffie, met 2 appelgebakjes.
"Wilt u er slagroom bij?"
Even later komen er 2 kopjes koffie, met 2 appelgebakjes, hij heeft er slagroom op, zij niet.
Ze kijken naar buiten en de spanning van gebrek aan spraakwater is tergend goed te voelen.
"Mooi dat plein zo he"zegt ze. "Ja"antwoordt hij. En verder is het stil.

Zij ziet er heel normaal uit. Sober. Een beige jas, met witte fleece sjaal. Kort grijs haar en goedzittende broek eronder, en schoenen met een hoog Ecco gehalte. Het zijn denk ik Ecco's.
Ik kan haar handen niet zien, maar ik denk dat ze sporen vertonen van aardappels schillen, in de tuin werken, schoonmaken. Ze houdt haar nagels kort, is makkelijker. Denk ik.
Ze hebben vast gewoon geen sex, dat is ooit begonnen met een jaar geen sex en daardoor frustraties, maar nu zijn ze er over heen, ok, geen sex, ieder zijn eigen leven, geen aandacht meer voor elkaar. En dat is zo gevaarlijk, als je de kwaliteit van je huwelijk als vanzelfsprekend gaat zien.
Maar soms is het te laat. Hier is het te laat, duidelijk.

Toch is dit triest, dit stel is ooit verliefd geweest, hebben elkaar het jawoord gegeven, zijn met elkaar naar bed geweest.
En nu is er niets meer, hij houdt van een andere vrouw, zij weet dit vast niet, zij denkt een redelijk goed huwelijk te hebben, geen benul van zijn dubbele agenda.
Hij wordt verscheurd door tweestrijd, houdt van zijn minnares, zijn liefde, maar kan zijn vrouw niet verlaten, bang zijn kinderen te verliezen. Wil haar ook niet kwetsen, dat heeft ze niet verdiend.
Dan gebeurd er iets wat mij nog een kopje koffie doet bestellen.
De minnares komt binnen, met haar man, en haar dochter. Ik zit hier op de eerste rij van een vreselijk slechte film maar ow wat ben ik benieuwd naar de afloop.

Ze zien elkaar nog niet, tot de minnares haar jas uittrekt, zich omdraait en even rondkijkt, dan ziet ze hem. Ik zie haar gezicht vertrekken en zie dat ze naar haar gezin aanwijzingen geeft die er op duiden dat ze naar een restaurantje aan de overkant wil.
Maar manlief en dochter zitten al helemaal gesetteld, dus ze gaat maar zitten.

Dan ziet de minnaar zijn stoeipoes. Hij trekt wit weg, maar knikt een keer met een uber kil hoofd en kijkt weer over het plein.
De minares doet net of hij er niet is en praat met haar man en dochter en halen hun pas gekochte aankopen uit de tas.
Ow wat een vreselijke situatie.

En de man van de minares is alles behalve lelijk, dit is een hardstikke aantrekkelijke man. Maar blijkbaar vind ze niet wat ze wil bij deze man. Of misschien heeft ze wel gewoon spanning nodig naast haar huwelijk.
Geen idee wat de reden is.
Een huwelijk is een jawoord, maar geen garantie voor een lang gelukkig leven.
Da's me nu wel duidelijk.
Ik ga afrekenen.
Ik ga het anders doen als ik ooit ga trouwen.
Ik ga dit....
Ik ga dat...
Ik kan niet in de toekomst kijken.
Ik ga afrekenen
"wat heeft u gehad?"

Een kopje koffie en een appelgebakje met slagroom.

Shit.
Ik ga het anders doen.